Aantekeningen bij de Bijbel: Job 40:17

Job 40:17

SV	De schaduwachtige bomen bedekken hem, elkeen met zijn schaduw; de beekwilgen omringen hem.
WLC	יַחְפֹּ֣ץ זְנָבֹ֣ו כְמֹו־אָ֑רֶז גִּידֵ֖י [פַחֲדֹו כ] (פַחֲדָ֣יו ק) יְשֹׂרָֽגוּ׃
Trans.	40:22 yəsukuhû ṣe’ĕlîm ṣilălwō yəsubûhû ‘arəḇê-nāḥal:

Algemeen

De schaduwachtige bomen bedekken hem, elkeen met zijn schaduw; de beekwilgen omringen hem.

schaduwachtige bomen, 1) "Lotus" (Zizyphus lotus ?, cf. Merrill C. Tenney, PEB, Vol. 3 p. 988-989), waarbij afgevraagd moet worden om welke Lotus het gaat. Gesenius, Noyes, Prof. Lee, en Schultens, vertalen "lotus", en "wilde lotus". 2) "schaduw" dus schaduwachtige bomen; zie de Vulgaat, Syriac, Rosenmuller, Aben-Ezra, en anderen, welke het beschouwen als "schaduwachtige bomen".
beekwilgen, niet geheel duidelijk om welke boom het gaat, het gaat om een boom die bij een waterstroom (נַחַל ^H5158) staat, mogelijk de wilg of de populier (Populus euphratica Olivier).
In beide gevallen moet het om bomen gaan die hoog genoeg zijn om de Behemoth te bedekken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

יְסֻכֻּ֣הוּ

bedekken

צֶאֱלִ֣ים

bomen

צִֽלֲל֑וֹ

hem, elkeen met zijn schaduw

יְ֝סֻבּ֗וּהוּ

omringen

עַרְבֵי־

de wilgen

נָֽחַל

beek

De schaduwachtige bomen bedekken hem, elkeen met zijn schaduw; de beekwilgen omringen hem.

צֶאֶל ^H6628 "lotus, schaduwachtige boom", komt alleen hier en in vs. 16 voor. → Lotus
עָרָב ^H6155 boom "populier" of "wilg" (Lev. 23:40; Job 40:17; Ps. 137:2; Jes. 15:7; 44:4 †); Zeer waarschijnlijk de Populier (Populus euphratica Olivier), daar de treurende wilg (Salix babylonica) van oorsprong uit China komt en (vermoedelijk) pas sinds de Middeleeuwen naar het Midden-Oosten en Europa is geïmporteerd.

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!